Wet-excessief-lenen.jpg

Wetsvoorstel excessieve leningen

Wetsvoorstel excessieve leningen

 

Vanaf 2023 is het wetsvoorstel excessieve leningen van start gegaan. Dit houdt in dat het niet is toegestaan dat u een schuld hoger dan € 700.000,- heeft bij uw BV.

 

Een lening van de BV is fiscaal gezien de voordeligste manier om geld uit de BV te halen, omdat deze niet direct belast is. Een dividenduitkering is namelijk belast in box 2 van de inkomstenbelasting en een hoger loon wordt extra belast in box 1.

 

Ter voorkoming van deze belastingbesparing is de het wetsvoorstel excessieve leningen opgesteld. Het wetsvoorstel excessieve leningen houdt in dat er over het excessieve deel (boven € 700.000,-) van de lening belasting in box 2 betaald moet worden.

 

Rekenvoorbeeld:

Als dga heeft u op 31 december 2023 een schuld van € 800.000,- bij uw BV. U moet dan over € 100.000,- belasting betalen in box 2. In 2023 berekend kost u dit 26,9% inkomstenbelasting, ofwel € 26.900,-.

 

Dubbele belastingheffing wordt wel voorkomen; een jaar later wordt dit bedrag niet nogmaals in de heffing meegenomen. Enkel als de schuld verder toeneemt, wordt over de verdere toename in dat jaar afgerekend.

 

Eind 2023 zal de Belastingdienst voor het eerst de hoogte van de schuld bepalen.

 

U heeft de mogelijkheid uw schuld aan de BV te verlagen, bijvoorbeeld door:

-          De schuld af te lossen met privévermogen.

-          De schuld af te lossen met geld uit een dividenduitkering uit de BV. U betaalt dan wel belasting in box 2.

-          De schuld over te sluiten naar een derde (familie uitgezonderd).

-          De schuld over te sluiten bij een bank.

 

Als u een goed rendement maakt met het geleende geld of als u te veel kosten moet maken om geld vrij te maken voor een aflossing, kunt u er ook voor kiezen om de schuld in stand te laten.